In het Afscheidshuis heb ik vandaag een afspraak met twee heren. Terwijl ik een kop thee zet, kijken de heren vast rond in de kamers. Eén van hen is ongeneeslijk ziek. Ze vertellen dat ze een voorgesprek met een collega uitvaartondernemer hebben gehad en op het Afscheidshuis zijn gewezen omdat thuis opbaren geen optie is.
Beide heren zijn erg onder de indruk van de huiselijkheid en de fijne sfeer. De partner die achter zal blijven vindt het erg belangrijk dat hij op zijn eigen moment bij zijn geliefde kan zijn. Ze zijn er snel uit dat het Afscheidshuis een hele fijne mogelijkheid is. Tijdens het gesprek merk ik dat beide heren er wel anders in staan. De achterblijvende partner neemt alles in rust en stilte in zich op, maakt af en toe een opmerking. Ik snap het helemaal, je wil er niet aan denken hoe het straks zal zijn. Toch geeft het hem ook rust, wetende dat zijn partner dit een mooie plek vindt. De partner is heel open en vertelt veel verhalen. Hij is nuchter, maar baalt ook wel dat hij er straks niet zelf meer bij zal zijn.
Na het bezoek en het fijne gesprek wens ik ze samen nog een hele mooie tijd toe. Ik hoop oprecht dat het nog een tijd zal duren voor ik ze weer zie…